- Hevige pijn rondom de pols (soms schietend)?
- Zwelling?
- Krachtsverlies?
- Klikkende en/of knappende geluiden rond de pols?
- Bewegingsbeperkingen in de pols?
Instabiliteit pols
Heeft u last van:
Mogelijk heeft u last van instabiliteit.
(carpale) instabiliteit
Onder het begrip (carpale) instabiliteit worden enkele situaties verstaan die zich kenmerken door abnormale onderlinge posities of standen van de handwortelbeentjes (carpalia) of van de carpalia ten opzichte van het spaakbeen (de radius) of het TFCC (complex van banden en een meniscus aan de pinkzijde van de pols). Er wordt onderscheid gemaakt in traumatische en niet-traumatische instabiliteit. Hierna volgen kort twee kenmerkende patronen van (oorspronkelijk) traumatische instabiliteit.
DISI (dorsal intercalated segment instability)
Dit houdt in dat de positie van het handwortelbeentje midden-onder (os lunatum) in een relatief gestrekte positie is gaan staan. Hierbij is het bandje aan de onderzijde van de pols tussen het os scaphoideum en het os lunatum gescheurd, met als voornaamste oorzaak een val met gestrekte pols.
VISI (ventral intercalated segment instability)
Dit houdt in dat de positie van het handwortelbeentje midden-onder (os lunatum) in een relatief gebogen positie is gaan staan. Hierbij is het bandje aan de onderzijde van de pols tussen het os lunatum en het os triquetrum gescheurd.
Zo stelt de manueel therapeut de diagnose:
- Door het herkennen van specifieke kenmerken van de aandoening;
- De manueel therapeut voert de scaphoid shift test uit (bij scapho-lunaire instabiliteit);
- De manueel therapeut voert de midcarpal shift test uit (bij midcarpale instabiliteit);
- De manueel therapeut voert de ballottement test uit (bij luno-triquetrale instabiliteit).